dinsdag 27 juni 2023

Dag 2 – maandag 26 juni: Hassfurt – Stara Fuzina (Slovenië)

Het hotel voorzag in een uitgebreid ontbijt, dat aan tafel werd geserveerd. Dat betekende dat er een grote plank met plakken boter, vleeswaren en kaas werd neergezet, geflankeerd door stukjes rookworst en kuipjes kruidenkaas. Het geheel werd afgemaakt met een flink trosje druiven en enkele schijfjes komkommer. Er kwam een kan op tafel met multivitaminesap, een schaaltje yoghurt en een kan melk. Twee grote thermoskannen, één met koffie en één met heet water, stonden er al evenals een mandje met brood. Daarin twee plakken van het gebruikelijke desembrood, wat vers erg lekker is maar dat was het niet, vers dus, en drie knapperige witte broodjes (ik vroeg er later een bij) alsmede één zachte bruine. Een weckfles met cornflakes flankeerde het broodmandje. Voor de zoetekauwen waren er schaaltjes met jam en een grote pot honing. Of we een gekookt eitje wilden? Ja graag!

Helemaal niets te klagen dus. En echt, we hebben ons best gedaan. Maar na het ei, twee broodjes met jam en de druiven hadden we genoeg. Het lukt ons gewoon niet, ’s morgens vroeg. Dus ging de plank bijna onaangeroerd terug naar de keuken. Hopelijk hebben ze het alsnog kunnen gebruiken voor de volgende gasten, anders zou het een enorme verspilling zijn. Wat dat aangaat is een buffet toch handiger. Je pakt wat je wilt en meer niet. Maar ook daar zal wel het een en ander overblijven. Onlangs was ik met mijn zus op de Kanaaleilanden, en daar vroegen ze wat je wilde eten bij het ontbijt. De ene keer namen we alleen toast met marmelade, de andere keer ook roerei erbij. Dat is in onze ogen een veel beter systeem in de strijd tegen de verspilling.

We ontkwamen niet aan de drukke wegen rond München, maar eigenlijk viel het mee. Ok, er was op een goed moment een flinke opstopping, dat hoort erbij. En na een minuut of twintig konden we weer verder. Eenmaal richting Salzburg werd het rustiger. Het tunnelgehalte richting Villach was hoog te noemen, ik schat dat we wel een kilometer of veertig/vijftig in de buik van de bergen hebben doorgebracht. De langste moest toen nog komen: de Karawankentunnel, vlak voor de grens naar Slovenië. In mijn herinnering was die 16 kilometer lang, het waren er slechts een dikke acht. Om half zes reden we Stara Fuzina binnen, nadat we ons al slalommend door de toeristische meute hadden gewurmd. Niet te geloven, wat een drukte hier! En het was nog niet eens hoogseizoen.

Nadat we die horde hadden genomen restte ons een laatste hobbel: ongeschonden door de nauwe straatjes zien te komen. Toen ook dat gelukt was, en de auto geparkeerd, vielen we direct in de armen van Joze die ons al had zien aankomen. Wat een weerzien! Marija kwam er natuurlijk ook bij, en even later zaten we aan de tafel onder de overkapping voor hun huis aan de drank. Pivo voor Bert en water voor mij (wil je echt niets anders? Nee, echt niet). Heerlijk om zo bij te kletsen. Marija had goulash met witte polenta en sla uit de tuin van de buren voor ons bewaard, dat lieten we ons goed smaken. Later op de avond werden we uitgenodigd voor een Aperol Spritz party. Aan dit festijn deed een groep Slovenen mee die al jarenlang hier kwam, vier generaties zaten om de tafel. De oudste kwam hier toen ze drie jaar oud was, nu was ze 80. Elk jaar opnieuw vierden ze vakantie op dit adres.

Wij hadden de pijp wel uit na twee lange rijdagen en trokken ons terug in het ons zo vertrouwde appartement.  Morgen verder!


Uitzicht vanuit ons appartement


Geen opmerkingen:

En dan hier de kaart met de uiteindelijke route, onze overnachtingsplekken met rood onderstreept