vrijdag 7 juli 2023

Dag 12 – donderdag 6 juli: Venetië – Valle Maira

Droog! De tent was helemaal droog, zelfs geen dauw. Dat is in Europa vrij uitzonderlijk. Het was zeven uur ’s morgens. Als een speer pakten we alles in, dat ging heel vlot, en om kwart voor acht zaten we aan de koffie. Onze eigen wel te verstaan, we konden nog koffie zetten. Om half negen reden we weg. Omdat we altijd de bus pakten hadden we het niet eerder gezien, maar nu zagen we het wel: op een paar honderd meter afstand, de andere kant op, was het dorpje Mira waar je werkelijk alles kon krijgen. Er was zelfs een Lidl. Maar ja, als je zo lekker kunt eten op de plaats van bestemming, waarom zou je dan nog boodschappen doen?

Het was druk op de weg. Met de Bip&Go konden we bij de tol echter zo doorrijden, ideaal. We waren koud een uurtje onderweg toen we de lucht voor ons wel erg zwart vonden worden. Niet veel later werden we getrakteerd op noodweer, bepaald geen pretje op de snelweg. Vooral niet omdat het zo ontzettend druk was met heel veel vrachtverkeer. Na een uur of twee stopten we even voor een kop koffie, en ik nam het stuur over. Zodra we van de A4 afsloegen naar de A 21 werd het beter, en dat bleef zo. Wat wel opviel was dat echt helemaal niemand zich aan de snelheidsbeperkingen bij wegwerkzaamheden hield. Je mocht daar officieel maar 60 km rijden maar de norm lag twee keer zo hoog.


Op een goed moment gingen we binnendoor verder. Daar zag ik een bakker aan de kant van de weg en we stopten om brood te kopen voor de lunch. Er bleek een klein restaurantje naast te zitten, met allemaal werklui die pauze hadden. Niks brood, aan een formica tafeltje kregen we een bord fusilli met room, ham, doperwten en Parmezaan. Flesje water erbij, klaar. En lékker! De kassa gaf €14 aan.

Na deze onverwacht bijzondere ervaring haalden we toch wat brood, vast voor morgenochtend. Er lagen ook allerlei andere heerlijkheden in de vitrine, en we namen naast twee vruchtentaartjes ook twee kletskoppen van hazelnoot mee. Die waren om je vingers bij op te eten, zei de mevrouw achter de toonbank.

Het laatste stuk ging dwars door de bergen. Op de hellingen zagen we kleine dorpjes, de bijzonder gebouwde kerktorens staken er bovenuit. Een mooie groene vallei, die Valle Maira. Wel vrij smal, we vroegen ons af hoe hier in ’s hemelsnaam een camping zou kunnen liggen. Maar hij was er toch, opeens, na een bocht. Een stukje lager dan de weg en aan een snelstromend riviertje. We mochten zelf een plek uitzoeken en dat werd een mooi vlak stukje grond onder de bomen. Het woei wel als een idioot zodat we alle stormlijnen vast moesten zetten. Ach, daar zijn ze voor.

We installeerden ons, dronken in de tent een glaasje en met een kletskop erbij waren we klaar voor nieuwe avonturen.






Geen opmerkingen:

En dan hier de kaart met de uiteindelijke route, onze overnachtingsplekken met rood onderstreept