dinsdag 4 juli 2023

Dag 8 – 2 juli: Venetië (Biënnale Architetture 2023)

Ik heb iets veranderd aan de mogelijkheid te reageren op het blog. Als het goed is kun je nu ook zonder Google account een reactie achterlaten.


Als schrijvertjes schieten ze over het water, alle kanten op. Klein, groter, grootst. Het vervoer in Venetië gaat, logisch natuurlijk, over het water. Overal zijn steigers aangelegd, inclusief wachtruimtes, die meebewegen met het water zodat je hier vanzelf zeebenen krijgt. Vanmorgen maakten we voor het eerst kennis met dit fenomeen. De wachtruimte van onze vaporette, zoals de waterbussen hier heten, was overvol. De boot die ons naar het park moest brengen van de Biënnale Architetture eveneens. Toch mochten we er nog bij, en we hadden geluk: ik zag nog net twee vrije stoelen voorin. Mazzel, de meeste mensen moesten staan. We hadden boot nummer 2 genomen, en dat bleek een goede keuze. Ok, hij deed er wel vijftig minuten over, maar voerde ons over het Canal Grande dwars door de stad. Gratis sightseeing. Nou ja, gratis, we hadden bij de camping een kaart voor 72 uur gekocht à €45 pp. Maar een enkeltje boot kostte €9,50, we hadden het er gauw uit. En het was ontzettend leuk Venetië nu eens vanaf het water te zien.






De Biënnale met dit jaar als thema The Laboratory of the future , is verdeeld over twee terreinen die niet naast elkaar liggen. Vandaag deden we het eerste deel, gelegen in een groot en prachtig aangelegd park. Daar presenteerden 29 landen zich met hun ideeën over de toekomst. Hoe kun je bouwen aan een betere wereld als je je die niet eerst kunt voorstellen? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat iedereen te eten krijgt zonder de aarde zelf uit te putten? Voor het eerst lag de focus ook op Afrika en de Afrikaanse diaspora. De kracht van de verbeelding staat in de projecten centraal.

Elk land had een gebouw waarin ze hun visie, hun ideeën konden laten zien. Dat deden ze op heel verschillende wijze. Soms heel beeldend, soms juist voornamelijk informatief. Het voert te ver om ze hier allemaal langs te gaan maar er sprongen wat ons betreft een paar uit. Duitsland deelde een mokerslag uit door alles vol te leggen met materialen die over waren gebleven van de Kunstbiënnale van vorig jaar. Elk jaar zijn hier die grote exposities, en dat vraagt ook elk jaar nieuw opbouwmateriaal. Het afvoeren na afloop is echter een groot probleem en vooral ook heel kostbaar. Alles moet per boot en ook is er heel veel dat niet hergebruikt kan worden om verschillende redenen. Je staat er niet bij stil, maar het is de verspilling ten top. En doordat het op deze manier zo zichtbaar gemaakt werd kwam het hard binnen.
Korea (nee, er stond expliciet niet Zuid bij) kwam met een game. Achter een lange tafel met voor elke stoel drie gekleurde drukknoppen kon je gaan zitten om deel te nemen aan het spel. Op een metersgroot scherm werd een stelling opgeworpen, bijvoorbeeld over het migratieprobleem. Daarna verschenen, op drie schermen met dezelfde kleuren als de drukknoppen, de mogelijke oplossing. Wat kies je? Geen landsgrenzen meer; alle landen voor iedereen toegankelijk; alleen onder bepaalde voorwaarden krijg je toegang, als je genoeg geld hebt bijvoorbeeld. De uitkomsten werden later verwerkt en op borden getoond. Indrukwekkend.

Op een goed moment wilden we wat gaan drinken. Er waren her en der wat kiosken neergezet, en we kozen een plekje in de schaduw. Bert bestelde een bitter lemon. De man achter de toonbank krabde zich achter zijn oor, keek eens om zich heen, vroeg het aan zijn maat; nee, hij had géén idee wat dat was. Hij hield een flesje limonade omhoog. Dit? Nee, dat is het niet. Hij sprak alleen maar Italiaans, dus met Engels kwamen we ook niet verder. Hij kreeg een ingeving: hij belde zijn baas. O ja hoor, die wist het wel. Limonade met campari. En voor we het wisten ging hij aan de slag. Eerst een flinke bodem campari, limonade erbij, ijsblokjes. We keken het met toenemende verbazing aan. De fles campari was nog niet leeg, er zat nog zo’n drie centimeter in. Ach, nog maar wat erbij. Weet je wat? Ik giet hem gewoon leeg! Hoppekee, schijfje citroen erbij…We kwamen intussen niet meer bij van het lachen, en de man deed even hard mee. Met een tot de rand toe gevuld plastic glas (hoezo duurzaam??) keerden we terug naar ons tafeltje. Bert liet het zich goed smaken – uiteraard. Ik had gewoon een flesje cola 😁

Zo’n uur of vier hadden we nodig om alles te bekijken. Tussendoor genoten we van het park zelf, het was één grote bloemenzee. Af en toe kwam de campari-man voorbij om ergens een klusje te doen, die gaf ons dan een vette knipoog. Om vijf uur pakten we de boot terug, de bus stond al klaar en om half zeven waren we weer thuis. Het restaurant voorzag ons van een uitstekende maaltijd, ideaal. We moesten er wel een eind voor lopen. Het terrein is ontzettend uitgestrekt en wij staan helemaal achteraan op het tentveld. Maar klagen? Nee hoor. Het kan niet beter. Wat een plek.

Overmorgen gaan we het tweede deel bezoeken, in het Arsenal. Eens kijken of ze daar ook zulke lekkere bitter lemon hebben.










Achtergebleven materialen....

...en gereedschappen







Geen opmerkingen:

En dan hier de kaart met de uiteindelijke route, onze overnachtingsplekken met rood onderstreept